Goede informatieoverdracht is belangrijk. Een open deur? Misschien. Maar zeker in de geboortezorg, waar verschillende zorgverleners samenwerken rond moeder en kind, kan miscommunicatie grote gevolgen hebben. Daarom zijn landelijke versnellingsprogramma’s (VIPP) als Babyconnect zo belangrijk. “Het scheelt vooral ook de verloskundige heel veel tijd in het regelen van de juiste gegevens en dus kan die naadloze samenwerking beter plaats vinden met minder fouten in het zorgproces”, weet Melissa Davina, adviseur van Proscoop die als coördinerend projectleider betrokken was bij het project Babyconnect.
De kracht van regionale aanpak
Het mooie aan Babyconnect is de slimme combinatie van landelijke expertise via het programmabureau VIPP Babyconnect én regionale implementatie. In Midden- en OostNederland werkt Proscoop bijvoorbeeld aan deze regionale verbinding. Zo verschilt de populatie en zorgstructuur in Midden- en Oost-Nederland van die in de Randstad. Dit vraagt om een aangepaste benadering. Gelukkig biedt de VIPP-regeling ruimte voor deze regionale invulling. We hoeven niet overal het wiel opnieuw uit te vinden want de blauwdrukken bestaan al. Maar effectieve regionale samenwerking is noodzakelijk om digitale gegevensuitwisseling écht naar een hoger plan te tillen.
Melissa is trots als het gaat om de wijze waarop zorgpartijen samenwerkten aan de digitalisering binnen de geboortezorg en vertelt: “Ik vind het mooi om te zien dat, nu de implementaties gaan lopen, zorgpartijen enthousiast worden over de mogelijkheden van gegevensuitwisseling. Het wordt nu tastbaar. Bij de verschillende Key-User bijeenkomsten, dit zijn bijeenkomsten met vertegenwoordigers per ICT-leverancier, zagen we het enthousiasme groeien. Het gaat de samenwerking ten goede komen.”
De toekomst: regie bij de cliënt
Melissa vervolgt: “Babyconnect is een project met een lange adem. We zijn al sinds 2020 bezig met het ontwikkelen van de mogelijkheid tot gegevensuitwisseling en continu in het proces hebben op regionaal niveau zorgprofessionals mee moeten denken. Hoewel we dachten dat Babyconnect een implementatieproject zou zijn was het meer een ontwikkeltraject met veel onzekerheden. We hebben continu gevraagd om vanuit lef en onzekerheid door te gaan met het proces. Dat is niet niks, iedereen moet kostbare tijd uit de dagelijkse praktijk halen om dit te doen voor een toekomst die nog onzeker is. Ik heb daarom ook alle respect voor deze zorgprofessionals.”
Hoewel verschillende VIPP-programma’s per zorgsector werken aan betere digitale gegevensuitwisseling, is het uiteindelijke doel veel breder: de inwoner moet alle gezondheidsgegevens kunnen inzien in één persoonlijke gezondheidsomgeving. Dit toekomstbeeld past perfect bij de moderne visie op zorg: de cliënt of patiënt krijgt en houdt regie over de eigen zorg.
“Ik ben blij dat we met alle inzet die we gepleegd hebben nu ook iets hebben waar zorgprofessionals van zeggen dat ze er de meerwaarde van inzien. Na de subsidieperiode gaat er nog een doorontwikkelperiode aankomen onder een andere beheerorganisatie. Daar gaan we echt zien wat deze integrale gegevensuitwisseling gaat betekenen”, besluit Melissa.
Toekomstbestendige geboortezorg
Een vrouw is tijdens de zwangerschap bij veel verschillende zorgverleners in zorg. Het kost deze zorgverleners veel tijd om elkaar te informeren. Soms lukt dit niet goed en levert het frustratie op in de samenwerking. Babyconnect richt zich op een veilige, digitale informatie-uitwisseling tussen cliënten en zorgverleners in de geboortezorg. In een regionaal georganiseerd integraal geboortedossier delen verloskundigen, gynaecologen en echocentra gegevens. Ook de overdracht naar kraamzorg en jeugdgezondheidszorg gaat digitaal. Zwangeren kunnen hun eigen informatie inzien via een persoonlijke gezondheidsomgeving (PGO).
Melissa vertelt waarom dit soort samenwerking essentieel is voor een toekomstbestendige geboortezorg: “Naast een ontwikkeltraject is dit ook echt een traject gebleken waarbij verloskundige samenwerkingsverbanden onderling nauw met elkaar moesten samen werken. Ze moesten één stem zien te vormen en samen nadenken over hoe ze hun achterbannen in iedere stap mee konden krijgen bijvoorbeeld. Mede door Babyconnect heeft de samenwerking een boost gekregen. Daarnaast zien we dat juist door de juiste informatie op het juiste moment te hebben, beter (acuut) beleid gemaakt kan worden.”
